Shaykh ‘Abdur-Razzaaq Al-Badr:
Middels kennis worden de zaken afgewogen en wordt bekend wat ḥalaal en wat ḥaraam is. En (middels kennis) worden de regels onderscheiden en wordt de waarheid en de valsheid, de leiding en de dwaling herkent. Derhalve zei de Profeet ﷺ elke dag na het ochtendgebed:
اللَّهُمَّ إِنِّي أَسْأَلُكَ عِلْمًا نَافِعًا وَرِزْقًا طَيِّبًا وَعَمَلًا مُتَقَبَّلًا
“O Allaah, ik vraag U profijtvolle kennis, een goede voorziening en een vrome daad.”
En in een andere overlevering “een geaccepteerde daad.”
Overgeleverd door Aḥmad en anderen. Dus hij begon met profijtvolle kennis, want daarmee onderscheid de mens tussen een goede en een slechte voorziening en tussen een goede en een slechte daad. Maar wanneer de mens niet over profijtvolle kennis beschikt, hoe kan hij dan onderscheid maken tussen ḥalaal en ḥaraam, tussen het goede en het slechte en tussen het vrome en niet vrome?
Bron: www.al-badr.net/muqolat/3099
Vertaald door Abu Jaabir At-Turkie