309 Shaykh Saalih al-Fawzaan (moge Allaah hem beschermen) verduidelijkt de betekenis van oprechtheid (nasiehah) jegens de moslimleiders:
Oprechtheid jegens de imams van de moslims (moslimleiders), de regeringleiders, oprechtheid jegens hen..
Dit is met een aantal zaken:
1. Ten eerste: de overtuiging van hun leiderschap, dat wil zeggen: dat hun leiderschap (rechts)geldig is.
2. En dat Allah jou heeft verplicht hen te gehoorzamen.
(Allah zegt:) “O jullie die geloven, gehoorzaam Allah, gehoorzaam de Boodschapper, en degenen die over jullie zijn aangesteld.”
3. Ontzag hebben voor hen. Het hebben van ontzag voor de moslimleiders.
4. Eerbied hebben voor hen, want zij hebben recht daarop vanwege waar Allah – Verheerlijkt en Verheven is Hij – hen over aangesteld heeft.
5. Hen niet belachelijk maken of over hen roddelen. Of de moslimleiders kleineren.
Dit is niet geoorloofd!
De Boodschapper – vrede en zegeningen zij met hem – zei: “Zelfs als een slaaf over jullie zou regeren” en in een overlevering: “Een Ethiopische slaaf wiens hoofd is als een rozijn.”
Wij kleineren de moslim regeringsleider dus niet! Zelfs als hij een fout maakt. Zolang deze fout niet het niveau van ongeloof bereikt, kleineren wij hem niet. En we halen hem niet omlaag. En we verspreiden zijn fouten niet tussen de mensen, want dit veroorzaakt fitan (beproevingen) en kwade zaken. En het betwijfelen van hun leiderschap en dergelijken: (zoals) opstanden.
Het is dus verplicht voor elke moslim die onder een moslimregering valt, deze omgangswijze aan te houden – (deze wijze) die Allah en Zijn Boodschapper ons hebben opgedragen jegens onze regeringsleiders.
Vertaald door Ahmad van der Pool